Schrijf je in voor de nieuwsbrief

U bent ingeschreven voor de nieuwsbrief!

Week van de Werkstress

Meer aandacht geven aan positieve emoties versterkt mentale kracht. Jezelf weerbaarder maken door goed te letten op je lichamelijke fitheid maakt hier onderdeel van uit. Maar er zijn ook grenzen aan het versterken van positieve emoties: niet álles is te veranderen en te verbeteren. Het is dan ook minstens zo belangrijk om op een gezonde manier om te gaan met tegenslag. 

Fit zijn & blijven

‘Een gezonde geest in een gezond lichaam’, die uitdrukking bestaat niet voor niks. Fit zijn, je lichamelijke conditie onderhouden, voldoende rust nemen en ontspannen, goed voor je lijf zorgen; het zorgt er allemaal voor dat mensen zich fysiek én mentaal sterker voelen.

Wetenschappelijk bewezen!

Iedereen die geregeld sport weet uit ervaring dat je futloos of ongemotiveerd aan de wekelijkse hardloopronde, workout of voetbaltraining kunt beginnen, maar dat je je naderhand altijd energieker en opgewekter voelt. Dat inzicht alléén helpt al om over die eerste drempel (‘geen zin, geen tijd, te moe’) heen te komen. Maar het verband tussen lichamelijke en geestelijke gezondheid is ook wetenschappelijk aangetoond. Volgens de Gezondheidsraad is overtuigend bewezen dat bewegen bij volwassenen onder meer het risico op depressieve symptomen verlaagt. Dit orgaan heeft ook beweegrichtlijnen geformuleerd. Wekelijks ten minste 2,5 uur matig intensief bewegen en spier- en botversterkende activiteiten doen is de ondergrens. Meer doen mag dus zeker ook!


Infographic: Beweegrichtlijnen 2017, Gezondheidsraad.

Bewegen kan overal

Mocht 2,5 uur per week voor jou volstrekt onhaalbaar lijken: bewegen doe je echt niet alleen op de sportschool. Het kan op veel meer manieren, óók tijdens het werk. Bijvoorbeeld door de printer op een plek neer te zetten waarvoor je (een trap op) moet lopen, of door een lunchwandeling met een of meer collega’s te organiseren. Op die manier werk je meteen ook aan dat andere belangrijke aandachtsgebied voor het vergroten van mentale kracht: relaties.

Meer weten?
Lees het Kernadvies en de beweegrichtlijnen van de Gezondheidsraad. Of doe je voordeel met de concrete tips en de Beweegcirkel van het Kenniscentrum sport & bewegen. Deze praktische vertalingen van de richtlijnen vertellen je hoe jij fysiek en mentaal gezond kunt blijven.

Goed omgaan met tegenslag

Een project dat maar niet van de grond komt, gezondheidsproblemen die roet in het eten gooien. Iedereen in het werkende leven krijgt er, vroeg of laat, mee te maken. Het verschil zit in hoe je ermee omgaat. Bijvoorbeeld door te accepteren dat dingen soms anders lopen dan je zou willen. Of door je te richten op zaken waar je wel invloed op hebt. Acceptance & Commitment Therapie (ACT) is een vorm van cognitieve gedragstherapie die dit vraagstuk als uitgangspunt neemt. De vier uitgangspunten van ACT zijn ook heel goed toepasbaar bij de meer dagelijkse werkbeslommeringen
 

Zo werkt het: ACT in vier punten
•    ACT – de derde generatie cognitieve gedragstherapie – leert mensen om niet het ‘gevecht’ aan te gaan met (vervelende) emoties en gedachten, maar te aanvaarden dat ze er zijn. 
•    De methode voorkomt dat je controle probeert te krijgen over ervaringen die niet direct te beïnvloeden zijn, zoals emoties en gedachten. En leert je om je te richten op zaken die je op directe wijze kunt beïnvloeden, zoals je eigen gedrag.
•    Als mensen zich gefrustreerd of terneergeslagen voelen, gaan ze vaak nadenken over de vraag waar het gevoel vandaan komt, in de hoop hun emoties hierdoor positief te beïnvloeden. Of ze gaan deze gevoelens en gedachten juist vermijden en wegdrukken.
•    ACT leert je om dat wat je voelt of denkt er ‘te laten zijn’, zonder dat je je erdoor laat leiden. Je neemt je eigen gedachten en gevoelens van iets grotere afstand waar, waardoor je meer ruimte en bewegingsvrijheid krijgt.
 

Meer weten?
Lees de uitleg over ACT en cognitieve gedragstherapie op psycholoog.nl, een neutraal informatiepunt over psychische klachten en behandelwijzen. Kijk verder ook eens naar de balans tussen energievreters en energiegevers. Hier zit deels dezelfde gedachte achter: niet alles wat energie kost is slecht en moet of kun je wegnemen. Het gaat ook om wat je er tegenover zet.